Droog


Ik heb bij droogbloemen direct een associatie met begraafplaatsen. Ook bij zijdebloemen trouwens, vooral als hun bladeren na jaren zonlicht mintgroen zijn geworden. Waar ik verwelkte bloemen of verschoten kunstbloemen op een begraafplaats van een sinistere, treurige schoonheid vind, vind ik die treurige schoonheid niet echt passen in een interieur waar iedereen gezond van lijf en leden is. Ik heb daarom ook nooit zo goed begrepen waarom je je trouwboeket zou willen drogen. Het heeft allemaal een hoog Corpse Bride gehalte voor mij. Maar dat is – zoals altijd – maar gewoon mijn mening. 

Als kind heb ik een tijdje bloemen gedroogd. Ik herinner me nog goed hoe hoog mijn verwachtingen over de gedroogde bloemen waren. De zoektocht in het telefoonboek naar de bladzijden waar ik ze tussen had gedaan (snuggere Henkie hier vergat namelijk altijd om die bladzijden met een papiertje te markeren) verhoogde die verwachtingen alleen nog maar meer. De vondst van het resultaat van mijn droogproject eindigde altijd in een kleine deceptie: de bloemen waren plat en bruin en dat was het wel zo’n beetje in mijn ogen. Ik vond ze mooier toen ze nog niet gedroogd waren. Of net verwelkt. (Verwelkte bloemen vind ik helemaal de bom, kijk maar eens naar deze DIY met gekopieerde bloemen.)

Toen ook nog het telefoonboek werd afgeschaft, was ik wel klaar met het drogen van bloemen en stapte ik over op serieuzere hobby’s zoals Pergamano, filigraan en het opgraven van bijzondere stenen omdat ik archeoloog wilde worden (en omdat pikzwart van het zand thuiskomen het leukste is wat er is natuurlijk – behalve voor je ouders die de kiet erna weer moeten opruimen. Karma doet haar werk nu wij ons huishouden delen met een drie-jarig zandmannetje).


Het is na deze intro bijna overbodig om te noemen dat ik droogbloemen in de kringloop links liet liggen. Tot Carmela Bogman mij mailde over haar Hueframes. De Hueframe is een lijst op A5 of A4 formaat gemaakt van een semi-transparant kunststof waar je (droog)bloemen in kunt lijsten. Eén kant van de lijst is wit, de andere kant gekleurd (geel, blauw of ook wit). Als je niet zo van het zelf drogen van bloemen bent zoals ik, maar wél van kringlopen houdt, dan bieden die ingelijste droogbloemen aldaar ineens een geheel nieuwe mogelijkheid. Ik nam een lijst met droogbloemen mee, sneed ze los en stopte ze tussen een Hueframe. Het resultaat is superstrak en allerminst sinister. Voor het raam krijg je het allermooiste resultaat. Wat mij betreft is dit de beste uitvinding op het gebied van droogbloemen sinds de afschaffing van het telefoonboek.

About the Hueframe, a frame designed by Carmela Bogman to frame fresh or dried flowers in. Take a peek at this clip at Carmela’s website to see how (simple and genius) Hueframes work!

Latch hooking, knopen of smyrna


In de kringloop kwam ik regelmatig van die raadselachtige cupjes op dezelfde lengte afgesneden stukjes wol tegen, omwikkeld met plastic. Het heeft lang geduurd voor ik begreep waar die voor dienen. Toen ik dat uitgevogeld had, begreep ik ook de pennen die er meestal in groten getale bij lagen: pennen die eruit zien alsof je er iemands hersens via zijn neus mee naar buiten kan haken (sorry, dat is wel erg grafisch), maar aangezien we niet in de oude Egyptische tijd leven, daar waarschijnlijk niet voor dienden. (No shit, Sherlock.)

Los van deze raadselachtige pakketjes wol, ontdekte ik de techniek van het latch hooken. Of, in het Nederlands, knopen (of smyrna – zo kent mijn moeder het). De Nederlandse benaming levert nogal wat problemen op als je erop googled, want ‘knopen’ kan ook op macramé slaan en dat is dan weer niet wat je zoekt. Soms is het zoeken naar de juiste Nederlandse naam voor een handvaardigheid ingewikkelder dan de handvaardigheid zelf. Zeker in dit geval.

A blogpost about my current new hobby: latch hooking. There are lots of good tutorials available in English at the internet and on Pinterest, take a peek here and here for instance!


Hoe dan ook, latch hooking, knopen of smyrna is een supersimpele handvaardigheid waarmee je hele gave wandkleedjes kunt maken zonder dat er een weefgetouw aan te pas hoeft te komen. Ik vind het geweldig om te doen omdat je amper hoeft na te denken over wát je doet. In tegenstelling tot weven – waar je je weefgetouw moet opspannen en toch altijd moet opletten of je je weefdraad niet te strak aantrekt – of bijvoorbeeld borduren, waar je constant aan het tellen bent.

Je hebt voor deze vorm van knopen in feite alleen een knooppen nodig (dat veronderstelde Egyptische martelwerktuig), een stramien (het ‘gaas’ waarop je werkt), een schaar, een langwerpig kartonnetje en wol of acryl. Ik kocht mijn stramien en knooppen hier.


Hou er rekening mee dat er twee soorten stramien zijn om op te werken: soedan (fijnmazig) en smyrna (grofmazig). Ik heb voor de projecten op de foto’s soedan stramien gebruikt (een stuk van 100×100 centimeter, daar kan ik voorlopig mee vooruit) en ik denk dat ik veilig kan zeggen dat dat het beste stramien is voor de meeste projecten, tenzij je bijvoorbeeld een groot vloerkleed van zeer grove wol wil knopen.

Voor het maken van de knopen gebruik ik afhankelijk van de dikte van de wol of acryl één of twee draden tegelijk. Dit is een beetje een kwestie van proberen. Als je knopen de omliggende gaten van het stramien dichtdrukken, kun je ervan uitgaan dat je wol te dik is voor het stramien, of dat je minder draden tegelijk moet gebruiken. Dit is mij nog niet overkomen, acryl en wol die je bijvoorbeeld bij Euroland, Action of Wibra koopt is meestal niet te dik voor het soedan stramien. Om een indruk te krijgen: van de witte en roze wol op de foto gebruik ik één draad, van de gele, blauwe en oranje twee.


De draden knip ik zelf op lengte, ik gebruik geen voorgeknipte wol (die je dus regelmatig bij de kringloop tegenkomt. Die cupjes zijn van smyrna wol, daar heb je het grovere smyrna stramien voor nodig). Om steeds ongeveer dezelfde stukken wol te krijgen, wikkel je de wol om een langwerpig kartonnetje (zie foto) en knipt het aan de boven- en onderkant door en daarna nog een keer doormidden. Zo krijg je stukken draad die ongeveer even lang zijn. Het hoeft allemaal niet perfect, dat rommelige geeft juist een mooi effect.

Voor iedere knoop neem je één of twee draden, die je om de knooppen vouwt volgens het voorbeeld hierboven. Vouw de draad onder de haak door en trek het nu door het gaas. Zo maak je een knoop! Als je het lastig vindt om te zien wat er op de foto’s gebeurt, bekijk dan deze tekening of dit filmpje (ik vind die dame aandoenlijk hilarisch, check vooral ook hoe ze aan het begin ‘verrast’ de camera inkijkt, alsof ze niet weet dat ze gefilmd wordt. Het is net LuckyTV.)


Nog een dikke tip: het is prettig om van tevoren ongeveer te weten welk patroon je wil gaan knopen. Je kan heel gemakkelijk met een dikke stift de vlakken op je stramien aftekenen. Ik gebruik, om de cirkel af te tekenen, een borduurring. Maak het jezelf gemakkelijk en werk rij voor rij van onder naar boven. Je kan je wandkleedje op heel veel verschillende manieren afwerken. Aardslui als ik ben, knipte ik het stramien gewoon ruim rond de buitenste knopen af, zodat het stramien niet meer zichtbaar is als je het ophangt.

Ik geef eerlijk toe dat ik het echt heel erg gaaf vind dat ik nu weet waar die raadselachtige stukjes wol en knooppennen in de kringloop voor dienen. En ja, dat is natuurlijk ook best hilarisch en ook wel een beetje aandoenlijk.

(Voor het ontwerp van dit wandkleedje gebruikte ik trouwens dit prachtige ontwerp van Anna Ka Bazaar als uitgangspunt. Ere wie ere toekomt!)

Kalm aan en rap een beetje


Twee jaar geleden (manmanman, waar blijft die tijd) volgde ik een workshop weven bij Nom. Na veel vragen van lezers over de weeftechniek, maakte ik er zelfs een aantal instructiefilmpjes over. Om het daarna zo beu te zijn dat ik de hele rotzooi onderin een kast smeet en er twee jaar niet naar omkeek.

Die filmpjes kwamen weer van pas toen ik het weven weer op wilde pakken. Zo snel als mijn dochter namelijk nieuwe vaardigheden leert, zo snel zakken nieuw geleerde vaardigheden weg als je boven de 30 bent. En dan blijkt zo’n compleet verwaarloosd YouTube kanaal toch nog ergens goed voor te zijn. (Niet dat ik ook maar een seconde de ambitie heb gehad om fulltime vlogger te worden, dat laat ik aan de generaties na mij over. Ik weet hoe bejaard dit klinkt, maar het houdt de zaken lekker overzichtelijk. Bloggen kan je in je pyjama, voor een vlog moet je je jezelf toch íets van een kapsel aanmeten en – erger nog – jezelf aankleden. Dus voor iedereen die dacht dat bloggers altijd in een keurig opgeruimd huis wonen met hun gezicht strak in de lak: guess again. Wij zetten álles in scene. Als je een blogger tegenkomt die het tegendeel beweert, dan liegt ie. Neem dat maar van mij aan.)


Weven is een geweldige handvaardigheid want je kan het zo moeilijk maken of makkelijk houden als je zelf wil. Ik hou zaken graag gemakkelijk, ik wil alleen maar een beetje ontspannen en rommelen met bolletjes wol (alleen het bij elkaar zoeken van de kleuren is eigenlijk al leuk, een beetje zoals voorpret ook bijna leuker is dan het moment zelf) en daarna iets in elkaar zetten waar ik direct tevreden mee ben. (Ik stond helaas vooraan bij het uitdelen van het ongeduld én het perfectionisme…dat had ik beter niet kunnen doen.) Ik ga dit weefwerkje met pompoms combineren, een idee dat ik zag bij WednesdayWeaving en allerlei andere fantastische wevers wiens werk je niet te vaak moet bestuderen omdat je er dan acuut weer mee wil stoppen.


Pompoms maak je natuurlijk niet meer met een kartonnetje, maar met een pompommaker. Een apparaatje dat zo slim is uitgevonden dat ik ieder basisschoolkind dat nog met kartonnetjes moet klooien adviseer direct in staking te gaan tot er pompommakers worden aangeschaft. Degene die die dingen heeft uitgevonden stond vast achter mij in de rijen van ongeduld en perfectionisme. Maar besloot van zijn of haar vloek een zegen te maken.

Zover ben ik nog niet, vandaar dat weven. Het is de perfecte manier om eens even een beetje rustig te worden. En wel rap een beetje.

In desperate need of some relaxation, I picked up weaving again after a two year break. My own super neglected YouTube channel with homemade weaving instruction videos came in pretty handy again, since everything I learned about weaving was entirely erased from my memory (short-term memory loss is one of the many perks of having been pregnant once. The only thing I will never forget is our child, which is quite a relief!). I love weaving. It’s a low-profile craft (once you know what you’re doing ;)) and without too much effort, the result is pretty satisfying. And on top of things: it’s meditating. That’s something I can really use these days!

Een getoeëerde biker op een bloemschikcursus


Ken je dat? Dat je naar een kringloop gaat, daar iets ziet liggen, het niet direct meeneemt en dat het vervolgens weg is? Ik speel graag dit Russisch roulette-achtige spelletje in de kringloop. Nou ja, graag…op de een of andere manier overkomt het me nogal eens. Soms twijfel ik namelijk of ik een item mee moet nemen en dan laat ik het lot de afloop bepalen.

Hetzelfde overkwam me met dit hangbloempotje. Ik viel op zijn kleur, maar de vorm vond ik…twijfelachtig. Tot ik hem, toen ik nog eens terugliep naar het schap waar hij lag, niet meer terug kon vinden. Toen brak het zweet me toch een beetje uit. Ik kon me namelijk niet voorstellen dat er nog iemand anders in die kringloop rondliep met dezelfde twijfelachtige smaak als ik. Nou, dat was dus ook zeker niet het geval, want ik keek gewoon niet goed. Hij lag er nog.


Ik zag wat in die gekke groen-bruine kleur. Sowieso hou ik heel erg van keramiek met een matte afwerking. Dat is nu mode, maar jaren geleden was het dat ook. En dan ook nog in de meest bizarre kleurstellingen. Zo ben ik in het bezit van een bloempotje in de kleur Denim Drift. Toen het nog geen Denim Drift heette, maar gewoon vergrijsd blauw. Of beter nog: “obscure mix van blauwtinten”. Want aan obscure kleurmixen deed men veelvuldig in de jaren ’70.

Gelukkig tegenwoordig dus ook weer. En ik hou daarvan. Omdat vreemde, gesatureerde kleuren het zo goed doen bij pastels. Ze halen het schattige van pastels af. Ze zorgen ervoor dat je huis er niet als een goedkope, maar als een interessante snoepwinkel uitziet, zogezegd. Pastels gecombineerd met zwart, bruin, donkergroen of wijnrood zou je kunnen vergelijken met een bloemenoma die stiekem van heavy metal houdt. Of juist een heavy metal fan die van bloemschikken houdt.

Ik gaf het hangpotje een (verbeterd) uiterlijk door hem met nieuw paracord op te hangen en er blankhouten kralen aan te rijgen. Het paracord kocht ik ooit eens bij Action, maar het is ook in alle soorten en maten op internet te koop. De kralen koop je onder meer bij Pipoos, maar ik vond eens een lading bij de kringloop.


Op mijn werkkamer staat een bruin mokje dat ik tijdens een kringlooprondje met Marij vond. Marij heeft iets waar ik van droom, maar wat in mijn geval nooit van de grond zou komen: een webwinkel in vintage. Als je het nu hebt over het combineren van pastels met donkere kleuren, dan moet je bij Marij zijn. Zij doet dat als geen ander.

Het bruine mokje is handgemaakt en heeft een kleur bruin die niet op beeld te vatten is. Ik zou het beschrijven als pastelbruin, als er al zoiets bestaat. Prachtig. Hij zorgt voor de perfecte vleug heavy metal in mijn snoepwinkel. Als een zwaar getatoeëerde biker in ZZ top stijl op een bloemschikcursus.

Last week I thrifted this hanging planter and the cute brown mug. The color of these items take off the sugar sweet edges of pastels and make a pastel coloured interior look less like a cheap candyshop. In my humble opinion, that is. Black, brown, burgundy and dark green combined with pastels are like a sweet old grandmother that secretly likes heavy metal. Or like a heavy metal fan that attents a flower arranging course. They make an interesting, edgy combination.

I also have a weak spot for ceramics in matte, obscure colours and lucky for me, thriftshops are cramped with weird coloured ceramics from the 70s. If you’re looking for more inspiration on this matter, make sure to take a peek at my friend Marij’s webshop in vintage. She’s the queen of combining pastels with dark, saturated colours. 

Teatime forever

DIY clock - Oh Marie!
Nog even en ik ga op dat witte konijntje uit Alice in Wonderland lijken met al die klokken in huis. Ook al vind ik op tijd komen, ondanks al die klokken, nog altijd een opgaaf. Waar ik in mijn leven nog nooit een deadline gemist heb, kost fysiek ergens op tijd komen me nog altijd moeite. Het lijkt wel alsof er, op het moment dat ik een eindtijd krijg, twee staven lood aan mijn benen groeien. Het is (naast passief agressieve buschauffeurs met maniakale rijneigingen, koude perrons en andere OV ergernissen) een van de redenen waarom ik het openbaar vervoer meestal mijd als de pest.

Het is inmiddels zó erg dat vrienden tegenwoordig een Marloustijd met me afspreken. Zijn zij ergens om 10.30u, dan moet ik er om 10.00u zijn. Wat er in de praktijk op neerkomt dat ik er ook om 10.30u ben. Het lijkt een fool’s errand, maar het werkt. Inderdaad, voer voor psychologen.

DIY clock - Oh Marie!
Het weerhoudt me er allemaal niet van om klokken in elkaar te knutselen. Hoop doet immers leven. Begin dit jaar maakte ik al een staand klokje in Memphis stijl, deze keer maakte ik een klok die ergens in de verte lijkt op dat zwart-witte hangklokje dat Scholten&Baijings ontwierp voor de IKEA PS collectie uit 2014 en waarvan ik nog steeds spijt heb dat ik die toen niet ook gewoon meegenomen heb. Dat werd de voedingsbodem voor het maken van deze klok. Ach, je kan beter klokken maken dan bushokjes slopen…om maar eens een zijweg te noemen.

DIY for a hanging clock, in Dutch only, sorry!

DIY clock - Oh Marie!
Benodigdheden:

Voorgezaagde houten wijzerplaat (Pipoos)
Uurwerkje en wijzers (Pipoos)
Witte spuitverf (ik gebruikte een restje grondverf)
Restje gewone verf
Houten cilindervormig stokje met een diameter van ongeveer 2 cm (kringloop – ik kocht ooit een zak houten blokjes waar ik nog steeds veel plezier van heb, die dingen kan je overal voor gebruiken – of bouwmarkt of hobbywinkel.)
Stokschroeven (30mm – bouwmarkt)
Moer (passend op de stokschroef, 30mm – bouwmarkt)

Een stukje karton en masking tape
Boormachine
Hamer

DIY clock - Oh Marie!
Werkbeschrijving wijzerplaat: 

Boor twee gaten in de wijzerplaat: een grote voor het ophangsysteem en een kleine voor het uurwerk. Hou er rekening mee dat het grote gat groot genoeg is om aan het stokje te hangen én hoog genoeg zit, zodat de grote wijzer er nog langs kan. (En anders is er ook geen man overboord, dan moet je de wijzers bijknippen.) Schuur eventuele ruwe randjes glad.

DIY clock - Oh Marie!
Plak de wijzers op het karton vast met meerdere stukjes masking tape. Plak het tape scheef, waarbij je even grote stukjes wijzer onbedekt laat. Geef de wijzers meerdere dunne lagen spuitverf en verwijder het tape als de laatste verflaag nog vochtig is (zo kan het tape niet vastkoeken in de verf). Je hebt nu mooie schuine zwart-witte strepen op je wijzers.

Plak, opnieuw met masking tape, een vorm (bijvoorbeeld een vierkant) af op de wijzerplaat. Ontvet het vlak dat je gaat schilderen (met bijvoorbeeld ammonia) en verf ook dit vlakje met een kleur naar keuze.
Als alle verf droog is, kan je de klok alvast in elkaar zetten.

Werkbeschrijving ophangsysteem:

Het maken van het onderdeel waar de klok aan komt te hangen is iets lastiger. Hiervoor heb je de houten cilinder nodig, de stokschroeven en het moertje. Stokschroeven hebben aan beide kanten schroefdraad, zodat je iets blind aan de muur kan hangen. (Daarvoor hoef je niet je ogen dicht te doen bij het ophangen, maar het betekent dat je de schroef straks niet meer ziet als alles eenmaal hangt. Heel flauw, sorry.)

DIY clock - Oh Marie!
Boor eerst een gaatje (ongeveer zo diep als de moer) in de houten cilinder. Let op! De diameter van dit gat moet iets kleiner zijn dan de diameter van de moer. Sla hierna met een hamer het moertje in dit gat. Omdat het boorgat iets kleiner is dan de moer, komt de moer in het gat vast te zitten. Je kan nu de botte kant van de stokschroef in de cilinder draaien.

DIY clock - Oh Marie!
Boor, op de plek waar je de klok hangen wil, een gat in de muur en steek daar een plug in. Je kan nu de houten cilinder tegen de muur schroeven en de klok aan je zelfgemaakte ophangsysteem hangen.

DIY clock - Oh Marie!
DIY clock - Oh Marie!